Een pallettruck is een transportmiddel met of zonder elektrische aandrijving, voor het verplaatsen van goederen op pallets. Het apparaat wordt vooral gebruikt in magazijnen en in vrachtwagens. De maximale hoogte waarop een pompwagen een vracht omhoog kan brengen is ongeveer 15 cm. Voor het stapelen van goederen is een pallettruck dus niet geschikt, hiervoor gebruikt men meestal een vorkheftruck of een mechanische palletstapelaar. Andere algemeen gebruikte namen zijn pompwagen en transpallet.
Omschrijving
Een pallettruck heeft twee metalen tanden (vork) die onder de pallet geschoven kunnen worden. Voor de tanden staan kleine, naar beneden uitschuifbare lastrollen, aan de andere kant een of twee bestuurbare rollen. Met last en zwenkwielen kunnen de heftanden parallel aan de grond in hoogte worden versteld met een hydraulische hefcilinder en een hefinrichting. Op deze manier kan de pallet worden opgetild voor verzending. De handgreep wordt gebruikt om te bewegen en te sturen, en in niet-aangedreven apparaten als hefboom voor een hydraulische pomp, die de hefcilinder voedt. Op de handgreep of bij de stuuras is de bedieningsmogelijkheid voor de hydraulische klep (heffen / rijden / dalen). Door middel van schakelhendels kan de elektrische pallettruck verder worden bedient.
Safety regulations
- In Duitsland is een jaarlijkse UVV-test (volgens de richtlijnen van de werkgeversverzekeringsvereniging) verplicht voor een elektrische pallettruck. In Nederland is dit niet verplicht maar dat wil niet zeggen dat iedereen zomaar met een elektrische pallettruck mag rijden. De Arbowet stelt dat chauffeurs grondig geïnstrueerd moeten zijn en over een specifieke deskundigheid beschikken. Werkgevers zijn verantwoordelijk voor deze kennis.
- Mocht er een bedrijfsongeval plaatsvinden, moet de werkgever kunnen aantonen dat de medewerkers kundig waren en op de hoogte van de werking van de elektrische pallettruck. Daarnaast moet de werkgever kunnen aantonen door wie een chauffeur is opgeleid en welke delen zijn behandeld tijdens een opleiding.
- Concrete eisen met betrekking tot de opleider zijn niet vastgelegd in de wet. Indien een werkgever in het bezit is van een geldig heftruckcertificaat, mag hij er zelfs voor kiezen om de opleiding zélf te geven. Het is echter de vraag of dat verstandig is.[1]
Instructie
Instructies moeten altijd worden gegeven wanneer een nieuwe werknemer op een werkplek komt en zijn daarom ook verplicht voor leerlingen, stagiaires, tijdelijk personeel of leasingpersoneel. De instructie moet de werknemer attent maken op mogelijke gevaren, de juiste omgang met de apparatuur en de te vervoeren ladingen communiceren en hem de nodige voorzorgsmaatregelen voor zijn eigen veiligheid en die van anderen leren.
De instructies kunnen worden gedelegeerd door de werkgever, meestal aan de bedrijfsleider. De begeleider kan de medewerker observeren na het geven van instructies en kan eventueel ingrijpen.
Verkeersroutes, bewegwijzering, laadstations of andere relevante bedrijfseenheden moeten worden aangeleerd als onderdeel van de operationele training.
Elke instructie moet schriftelijk worden gedocumenteerd en ondertekend door de geïnstrueerde persoon.
